Intro:
FC Dm, GmDmCFBbGCFC Dm, GmDmCFBbCCFFCDm
wij zijn piraten van de zee
GmDmC
en al wie zin heeft vaart maar mee
FBbGmC
wij zijn piraten, piraten, piraten van de zee
FCDm
wij zijn piraten van de zee
GmDmC
en al wie zin heeft vaart maar mee
FBbCF
wij zijn piraten, piraten, piraten van de zee
FFDm
mijn vader zei me: Gertjelief,
GC
word bakker of word boer
FDmBbCF
word handelaar in schapekaas of papegaaievoer
BbF
mijn moeder zei: word machinist
GC
of stoker op een trein, maar ik zei:
DmCBbCF
als ik groot ben word ik kaperkapitein
Bbm... GbAbGbAbBbm... GbAbBbmBbm
doe je best voor de baas
AbFBbm
jaag de ratten van de kaas
GbDbAbGbAbBbm
mooi is het leven van een kaper
Bbm
pak die tros, pak die lijn
AbBbm
vis de ratten uit de wijn
GbDbAbGbAbBbm
mooi is het leven van een kaperkapitein
Ebm.. AbDbEbm.. DbBbEbm.. BDbBDbEbmEbm
en we varen naar Timboektoe toe
Timboektoe toe Timboektoe toe
en we varen naar Timboektoe toe
BBbEbm
en we zijn nog lang niet moe
Fm
en we varen naar Timboektoe toe
Timboektoe toe Timboektoe toe
en we varen naar Timboektoe toe
DbCFm
en we zijn nog lang niet moe
BbEbBbFBbEbBbFBbBbF
de hond van de matrozen
BbF
gaat mee op elke reis
BbBb/AbEb
naar de hitte van de tropen
FBb
en de zeeën vol met ijs
BbF
het hondje wordt niet zeeziek
BbF
hij houdt zich stevig vast
BbBb/AbEb
en hij heeft een eigen mandje
FBb
dat zit boven op de mast
refr: -2!!
EbBbCm
wij zijn piraten van de zee
FmCmBb
en al wie zin heeft vaart maar mee
EbAbFmBb
wij zijn piraten, piraten, piraten van de zee
EbBbCm
wij zijn piraten van de zee
FmCmBb
en al wie zin heeft vaart maar mee
EbAbBbEb
wij zijn piraten, piraten, piraten van de zee
Eb
G:onze stuurman die heet Sjaak
CmAbBb
S+G+K:soep, soep, soep met sliertjes
Eb
G:hij moet eten met een haak
CmAbBbEb
S+G+K:soep, soepsoep met sliertjes
Eb
G:daarom eten wij niet vaak
CmAbBb
S+G+K:soep, soep, soep met sliertjes
Eb
S+G: soep, soep, soep met smaak
CmAbBbEb
S+G+K:want de stuurman heeft een haak
G:Oh zeg Gert, als wij zo heel heel lang op zee zijn he,
dan zie ik Bobbientje bijna nooit meer,
en jij Marlène toch ook niet he, Gertje
EbBbAb
G: Als de sterren naar me roepen
EbFmBb
als de zeewind naar me fluit
EbBbCm
dan moet ik naar het water
FBb
dan trek ik erop uit
DbEbAb
maar wanneer de meeuwen schreeuwen
AbFC
boven storm en golfgebruis
FmGmAb
verlang ik naar Marlène
Bb
en wil ik weer naar h...
Eb
S+K: een echte piraat heeft
Bb
een gaatje in zijn oor
een gaatje in zijn oor
met een ringetje d'r door
Eb
een echte piraat heeft
Bb
een boortje op zijn borst
een boortje op zijn borst
en een vreselijke dorst
EbBbCmAbFBb
een echte piraat die herken je meteen
AbFBbAbFBb
aan zijn gaatje en zijn boortje en zijn houten been
refr:
EbBbCm
wij zijn piraten van de zee
FmCmBb
en al wie zin heeft vaart maar mee
EbAbFmBb
wij zijn piraten, piraten, piraten van de zee
EbBbCm
wij zijn piraten van de zee
FmCmBb
en al wie zin heeft vaart maar mee
EbAbBbEb
wij zijn piraten, piraten, piraten van de zee
EbAbBbEb
Wij zijn piraten, piraten, piraten van de zee
This arrangement for the song is the author's own work and represents their interpretation of the song. You may only use this for private study, scholarship, or research.